Stan Janssen en ik hebben daar overigens ook een sessie verzorgd, waarover ik in een volgende blog meer zal schrijven. En klik eventueel hier voor een verslag van diverse andere onderdelen van de dag door een andere deelnemer.
Harm begon met een introductie van lean denken in relatie tot de flow op de SEH. Hij gaf daarbij mooi inzicht wat voor voorspelbare patronen wachttijden hebben op een SEH en wat de oorzaken daarvan zijn. Klik hier voor de sheets van zijn verhaal, inclusief een 'value stream map' van de flow op de SEH met metingen van alle contactmomenten en wachtmomenten.
Hij kreeg vervolgens een mooie interactie op gang door de zaal in groepen aan het denken te zetten over wat nu eigenlijk van waarde is voor een patiënt op de SEH. Heeft registratie aan de balie waarde voor de patiënt? Heeft triage waarde voor de patiënt?
Het lijkt makkelijk te beargumenteren dat die stappen natuurlijk waarde hebben, want anders gaat er mogelijk van alles mis. Maar dat betekent nog niet dat die stap waarde heeft voor deze patiënt. Met welke vraag komt een patiënt naar de SEH? En hoe helpt triage bij het beantwoorden van die vraag? Als je het zo bekijkt ligt het toch genuanceerder. Als de eerstvolgende patiënt ontvangen kan worden door een team die verder geen een andere patiënt hoeft te zien tot de vraag van deze patiënt is beantwoord is triage niet nodig. Het is dus een stap die nodig zijn geworden als gevolg van hoe we het organiseren. Is triage dan waarde of (nodige) verspilling?
Wat denk je, vanuit de lean principes geredeneerd: wat zijn argumenten waarom triage op de SEH wel of geen waarde vertegenwoordigt?
Het deed me ook beseffen dat de discussie over waarde al snel verkeerd kan lopen omdat het concluderen dat het geen waarde biedt al snel een-op-een gekoppeld kan worden aan het gevoel dat het dus morgen gestopt moet worden. Vanuit de emotie dat dat onmogelijk is wordt dan eraan vastgehouden dat het dus waarde moet vertegenwoordigen. Als het geen waarde biedt kun je ernaar streven het ooit niet meer nodig te hebben en tot die tijd het steeds minder te hoeven doen en er steeds minder tijd aan te hoeven besteden.
In het tweede deel van de workshop ging hij in op het creëren van een verbetercultuur en structuur. Hij gebruikte daarbij drie uitgangspunten:
- Continu verbeteren als 'normale werkwijze'
- Elke medewerker is verantwoordelijk voor het zorgproces [laat die even op je inwerken]
- 'lean' is geen project, het houdt nooit meer op
Vervolgens stelde hij dat continu verbeteren alleen kan werken als het ingebed wordt in de dagelijkse praktijk, dus een vaste structuur krijgt met instrumenten, tijden en rollen. Ook stelde hij dat een SEH alleen effectief kan verbeteren als het in samenwerking gebeurt met het hele ziekenhuis. Alles hangt met alles samen.
Wat zijn je ervaringen met het inbedden van verbeteren in de dagelijkse praktijk?
Een mooie workshop met veel levendige discussie, ik heb in ieder geval genoten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten