zaterdag 29 september 2012

Artikel: Continu verbeteren bij het Laboratorium voor Infectieziekten Groningen

Onlangs schreven Renate Koning, Aico Stienstra en Arjan Sollewijn Gelpke in de september uitgave van het blad Analyse van de Nederlandse Vereniging van BioMedisch Laboratoriummedewerkers (NVML) een artikel over hun ervaringen met lean. Het artikel heet 'Continu verbeteren bij het Laboratorium voor Infectieziekten in Groningen'. Klik hier voor het artikel.

Wat direct opvalt is het lange termijn perspectief van waaruit ze lean toepassen en hoeveel resultaten ze al geboekt hebben in korte tijd, aangezien ze pas dit jaar begonnen zijn. Sterk is dat ze als uitgangspunt nemen om het probleemoplossend vermogen van de mensen en teams te vergroten, wat mij betreft een kernuitgangspunt van lean. Zo schrijven ze:
"Bij lean wordt uitgegaan van de verbeterkracht van de organisatie zelf, waarbij de dagelijkse problemen of verbeterkansen door de analisten zelf opgemerkt en aangepakt worden. Het continu verbeteren wordt daarmee onderdeel van het dagelijks werk. Geen harde herstructureringsmethode, waarbij van hogerhand gesneden wordt in de kosten, maar continu verbeteren door elke dag een kleine stap voorwaarts te zetten."
In het artikel beschrijven de auteurs concreet hoe dat vormgegeven wordt met dagelijks routines. Daarover schrijven ze vervolgens:
"Het voordeel van deze methode is dat problemen direct naar voren gebracht kunnen worden en er direct actie op wordt ondernomen, voor en door het hele team. Het voorkomt dat problemen blijven liggen en uitgroeien tot grote frustraties of kostbare verspillingen."
Stand-up bij het LvI (uit Analyse)
Mooi gezegd. Wel een nuance is dat ze schrijven dat problemen naar voren gebracht kunnen worden, terwijl ik er naar zou streven dat afwijkingen in het proces zelf direct zichtbaar zijn, zoals bedoeld wordt met  met principe 7 van de 14 principes voor innovatie bedrijfsvoering (klik hier voor de 14 principes). Maar het is logisch te beginnen met het bieden van de mogelijkheid om afwijkingen zichtbaar te maken.



Na een beschrijving van enkele andere methoden vatten ze de resultaten samen. Dit betreft zowel een toename van draagvlak en enthousiasme op de werkvloer als al een reeks concrete procesverbeteringen. Ze geven als volgende stap standaardiseren aan. Ook geven ze aan dat veel problemen nog blijven terugkomen, een signaal om dieper te graven naar de onderliggende kernoorzaken en meer te experimenteren met maatregelen die buiten de normale denkpatronen liggen.

Ten slotte geven ze aan lean meer in te willen zetten op het kerproces in plaats van de randvoorwaarden. Dat heb ik inderdaad vaker gezien, dat het makkelijker is in de randvoorwaardelijke sfeer te beginnen, maar dat vervolgens niet snel genoeg de methodes toegepast worden op de activiteiten waar het echt om draait, waardoor het draagvlak onder de professionals afneemt. Ik onderschrijf dus het belang om die stap vroegtijdig te maken.

Mooi dat ze ook het Netwerk Lean in de zorg (Lidz) toelichten en aangeven dat ze binnen Lidz meer willen uitwisselen en daarmee al begonnen zijn met het St. Elisabeth Ziekenhuis. Zie eventueel hoofdstuk 7 van het boek Lean denken en doen in de zorg voor een beschrijving van de ervaringen met lean in Laboratorium voor Medische Microbiologie en Immunologie van het St. Elisabeth Ziekenhuis. Ook gaan ze samen op het jaarcongres van Lidz op 29 oktober een workshop lean op laboratoria verzorgen. Door samen op te trekken in procesverbeteringen kan het tempo waarin concrete resultaten bereikt wordt sterk verhoogd worden.

Een mooi artikel, ik ben benieuwd hoe ze de komende jaren verder gaan met lean op het Laboratorium voor Infectieziekten in Groningen, en de laboratoria in algemene zin, waar de ontwikkelingen lijken te versnellen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten