In het boek Een Lean Overheid wordt de geschiedenis van Lean en Six Sigma
beschreven. Brad Schmidt vatte het op het symposium van 12 juni samen als 'Lean is voor mensen die van mensen houden en Six Sigma is voor mensen die van cijfers houden'. Hieronder vind je het verhaal uit dat boek hoe Lean en Six Sigma ontstaan zijn. Ik hou zelf zowel van mensen als van cijfers, maar wel in die volgorde. Zie hier voor een eerdere blogpost over o.a. Lean en Six Sigma.
Het ontstaan van Lean Management voert ons terug
naar Japan halverwege de jaren dertig. Kiichiro Toyoda krijgt dan de zeggenschap
over de weefgetouwenfabriek van zijn vader. En over een flinke som geld die zijn
vader heeft overgehouden aan de verkoop van een patent op een automatische stop.
Die automatische stop had het mogelijk gemaakt om één medewerker zes
weefmachines te laten bedienen, in plaats van één. Toyoda was daarmee in een
klap de efficiëntste weefgetouwenfabriek van de wereld geworden.
Kiichiro besluit, daarin aangemoedigd door zijn
vader, het bedrijf om te vormen tot een autofabriek. In 1936 komt de eerste auto
op de markt, de Toyota AA. De productie van het model gaat zonder noemenswaardig
succes door tot 1943. Het bedrijf gaat zich dan richten op het maken van
legervoertuigen. Totdat de productiefaciliteiten in 1945 tijdens de geallieerde
bombardementen op Japan volledig worden verwoest.
De oorlog is ten einde als Kiichiro samen met
Taichi Ohno, zijn hoofd engineering in het kader van de Marshall hulp op bezoek
gaat bij de Ford fabrieken in Michigan. Deze fabrieken staan bekend als een van
de meest efficiënte productielocates ter wereld en Ford is wereldwijd vermaard
om zijn daadkrachtig management. Kiichiro en Ohno zijn onder de indruk van wat
ze zien, maar beseffen ook dat de massaproductie van Ford ver uitsteekt boven
wat in Japan mogelijk is. Ten eerste is in het Japan van na de oorlog de vraag
naar personenauto's gering (zo'n tweeduizend stuks per jaar), ten tweede is de
consumentenvraag naar auto's nog tamelijk exclusief en daardoor niet geschikt
voor massaproductie. Elke klant wil immers zijn zijn eigen voorkeuren
gerealiseerd zien. En hoewel de Toyoda familie zeer vermogend is, is haar
kapitaal niet toereikend om een vergelijkbare productielocatie op te zetten.
Kiichiro laat zich er niet door ontmoedigen. Hij
begrijpt dat er flinke inspanningen nodig zijn om de efficiëntie van Ford te
evenaren of zelfs te verbeteren. Vastbesloten gaat hij de uitdaging aan. Hij
verslindt de boeken van Henry Ford en is onder de indruk van de kracht van
standaardisatie. Taichi Ohno krijgt van hem de opdracht om met een beperkt de
productie zo in te richten dat de concurrentie met de Amerikanen in de toekomst
zou kunnen worden aangegaan. Ohno beseft wat dit betekent: hij moet ervoor
zorgen dat de efficiëntie van Toyota die van Ford op den duur overtreft.
Ohno ontwikkelt goede ideeën over de inrichting
van de lopende band. Het later beroemde Just-In-Time principe denkt hij uit bij
een bezoek aan een Amerikaanse supermarkt als hij ziet hoe de schappen daar
steeds precies op tijd worden aangevuld. Het lukt hem aanvankelijk niet goed om
zijn ideeën over te brengen op de medewerkers. Daarom besluit hij om telkens met
kleine groepjes medewerkers te gaan werken aan kostenreductie en
procesverbetering. De werkwijze die hij daarmee ontwikkelt, legt de basis voor
wat later kaizen of 'continous improvement' gaat heten.
In de jaren vijftig komt om te helpen bij de
volkstelling een statistisch adviseur naar Japan: William Edwards Deming. Deming
heeft tijdens de oorlog furore gemaakt bij het onder controle houden van de
kwaliteit van de industriële productie. Tijdens zijn bezoek aan Japan geeft hij
hierover veelbezochte colleges. Daarin adviseert hij zijn gehoor kwaliteit
altijd op de eerste plaats te zetten en hij leert hen hoe dat te doen, onder
meer met behulp van de Plan-Do-Check-Act kwaliteitscirkel. Ohno voert de PDCA
cirkel onmiddellijk in bij zijn teams.
Ook de ontwerpers van het "Training Within
Industry" programma komen in deze periode met hun trainingen naar Japan. Dit
trainingsprogramma was tijdens de oorlog ontwikkeld en had het mogelijk gemaakt
om in fabrieken vrouwen razendsnel de plaats van naar het front gestuurde mannen
te laten innemen. Het programma helpt organisaties om in hoog tempo mensen te
trainen in hoe zij het werk moeten doen, hoe zij hun werk voortdurend kunnen
verbeteren en hoe zij moeten samenwerken. Het management leert hoe zij adequate
trainingsprogramma's kunnen opzetten en doorontwikkelen. Ook deze methode wordt
door Ohno ingevoerd (en wordt daarmee nu beschouwd als de voorloper van kaizen).
De Toyota werkaanpak kan vanaf dat moment snel en precies worden overgedragen
aan nieuwe medewerkers.
De door Ohno ontwikkelde methode, en niet in de
laatste plaats de voortdurende gerichtheid op het continu verbeteren daarin,
maakt dat de Toyota fabrieken de productiekwaliteit en het kostenniveau
voortdurend verbeteren. Tijdens de Korea crisis slaagt Toyota er op die manier
in een flinke groei door te maken, voornamelijk door de verkoop van militaire
voertuigen. In de jaren erna groeit de consumentenmarkt en blijkt Toyota ook
daar succesvol op in te kunnen spelen.
In de jaren zeventig zakt wereldwijd de vraag naar
auto's in als gevolg van de oliecrisis in 1973. Wat dan voor het eerst opvalt is
dat Toyota ook in deze jaren winstgevend blijft. Langzamerhand wordt opgemerkt
dat de kwaliteit van Toyota (en enkele andere Japanse autofabrikanten) opvallend
hoog is. Het westen begint zich te buigen over hoe Toyota daartoe in staat is
gebleken. De productiemethode die door Taichi Ohno met zijn medewerkers is
ontwikkeld (en later steeds verder is verfijnd), krijgt bekendheid als het
Toyota Productie System (TPS).
In 1984 zet Toyota de eerste stappen in de
Verenigde Staten door een joint-venture aan te gaan met General Motors. General
Motors heeft dan een nogal slecht lopende fabriek in Californië (Nummi). Er is
veel arbeidsonrust en de fabriek draait verlies. Binnen een jaar is de
arbeidsonrust verdwenen en is de fabriek weer winstgevend. Deze regelrechte
sensatie leidt nu tot grote, ook wetenschappelijke aandacht. Zowel de University
of Michigan (met Jeffrey Liker) als Harvard's MIT (met James Womack en Daniel
Jones) starten grootschalige onderzoeken naar de verschillen tussen de
Amerikaanse en Japanse productiemethoden in de auto-industrie.
Beide onderzoeken komen na verloop van tijd tot de
conclusie dat de Japanse productiemethoden vele malen efficiënter dan de
Amerikaanse zijn en daarbovenop ook nog eens tot kwaliteit leiden. Zij stellen
onder meer vast:
- minder defecten
- minder 'recalls' (maandagmorgen modellen)
- minder manuren per geproduceerde auto
- minder ruimtebeslag
- minder kosten aan machines
Bij de analyses van de succesfactoren komt in
beide onderzoeken duidelijk nar voren dat in de Japanse auto-industrie en met
name bij Toyota veel minder specialisten werkzaam zijn en veel meer in
teamverband wordt gewerkt.
(...)
(Jefrey) Liker's belangrijkste conclusie is dat
bij "The Toyota Way" het lange termijn perspectief altijd voorop staat: hoe
zorgen we ervoor dat onze organisatie ook over vijftig jaar nog waardevol is
voor de gemeenschap, medewerkers, klanten en aandeelhouders. Alle beslissingen
worden zonder compromissen genomen in het licht van dat lange termijn
perspectief. Dit verklaart ook de dagelijkse aandacht voor probleemoplossen in
alle geledingen van het bedrijf. De gedachte is immers dat door voortdurend
problemen op te lossen, de kwaliteit op lange termijn verbetert. Als in het
bedrijf iets misgaat, dient men de werkzaamheden te stoppen, eerst de problemen
op te lossen en daarna pas weer verder te gaan met de reguliere productie.
(...)
James Womack en Daniel Jones beschrijven hun
onderzoeksbevindingen voor een groot publiek voor het eerst in 1990 in het boek
The Machine that Changed the World, later gevolgd door de
bestseller Lean Thinking. Womack & Jones komt de eer te beurt de term
'Lean' te hebben geïntroduceerd, als algemene verzamelnaam van instrumenten die
gericht zijn op efficiëntie en kostenreductie. (...) Womack en Jones leggen in
hun kijk op het succes van TPS de nadruk op de efficientie en de gedrevenheid
van de Japanners om kosten te reduceren door onnutige 'verspilling' uit het
productieproces te bannen.
(...)
Begin jaren tachtig komt William Edwards Deming
terug naar de Verenigde Staten, na jarenlang in Japan werkzaam te zijn geweest.
In Japan heeft Deming grote invloed op het kwaliteitsdenken, maar in de
Verenigde Staten is hij dan nog niet zo erg bekend. Al gauw na zijn terugkeer
schrikt hij van het lage kwaliteitsniveau van de Amerikaanse industrie en
dienstverlening. Hij schrijft 'Out of the Crisis', waarin hij waarschuwt voor de
teloorgang van de Amerikaanse industrie.
Eén van de eerste bedrijven die de waarschuwing
oppakt is Motorola. Hier wordt in de jaren tachtig een
kwaliteitsverbeteringsproces ontwikkeld dat bekend wordt onder de naam Six Sigma
en gebaseerd is op Deming's 'Statistische Proces Beheersing'. Six sigma is een
statistische maat voor de standaardafwijking in een normaalverdeling. Kort
gezegd komt het erop neer dat bij een Six Sigma kwaliteit maximaal 3, fouten of
afwijkingen per miljoen producten zijn toegestaan. ...
(...)
Six sigma wordt vaak in één adem genoemd met Lean.
... Maar waar Lean zich richt op relatief eenvoudige hulpmiddelen die de
professionals in de organisatie kunnen helpen om zelf te verbeteren, is bij Six
Sigma de centrale rol weggelegd voor interne of externe processpecialisten die
de complexe statistische analyses uitvoeren. Verbetermaatregelen zijn op deze
analyses gebaseerd. (...) Six Sigma heeft ... in het Westen furore gemaakt,
vooral nadat Jack Welch het bij General Electric op grote schaal invoerde. En de
promotie van leidinggevenden afhankelijk maakte van Six Sigma successen.
Six Sigma (wordt) op de markt aangeboden als Lean
Six Sigma, voornamelijk omdat voor 80% van de mogelijke procesverbeteringen de
Lean methodiek geschikter wordt geacht dan het veel gespecialiseerdere
statistische geschut van Six Sigma.
Je feiten over de historie van Toyoda klopt niet helemaal. De zoon Kiichiro faalde door gering succes eind jaren 40 en stierf kort daarna. Zijn neef Eiji Toyoda met wie Kiichiro al samenwerkte, nam het bedrijf over en huurde Ohno als consultant in. Eiji Toyoda is 64 jaar het brein achter the Toyota Way geweest heeft dit tot wereldfaam gebracht. Een bescheiden man. Hij is onlangs - 17 september 2013 - op 100 jarige leeftijd overleden Ook gepubliceerd in de Volkskrant - "Was Toyoda het grootste autogenie?" p.dewaard@volkskrant.nl.
BeantwoordenVerwijderenVoor feiten en misschien nader onderzoek, zie:
Kiichiro Toyoda made the decision for Toyoda Loom Works to branch into automobiles, considered a risky business at the time. Shortly before Sakichi Toyoda died, he encouraged his son to follow his dream and pursue automobile manufacturing — Kiichiro created what eventually became Toyota Motor Corporation. He resigned from the company in 1950 due to flagging sales and profitability, passing away two years later. In 1957, his cousin and confidant Eiji Toyoda, became head of Toyota Motor Corporation, overseeing its successful expansion worldwide.
Eiji Toyoda (豊田 英二 Toyoda Eiji, 12 September 1913 – 17 September 2013)[1] was a Japanese industrialist. He was largely responsible for bringing Toyota Motor Corporation to profitability and worldwide prominence during his tenure as president and later, as chairman.[
Dag Corrie,
BeantwoordenVerwijderenDank voor de toevoeging. Voor de duidelijkheid, de beschrijving van de geschiedenis is niet van mij, maar uit het boek 'Een Lean Overheid'. Maar als ik je reactie goed lees kloppen de feiten uit het boek wel, maar vind je de rol van Eiji Toyoda onderbelicht. Ik ben het er mee eens dat hij een grote rol heeft gehad en dat zijn rol vaak onderbelicht is en zo ook in deze beschrijving. Dat hij het brein achter de Toyota Way zou zijn lijkt me echter evengoed niet correct. Taiichi Ohno heeft onmiskenbaar een groot deel van het Toyota Production System ontworpen en in de praktijk gebracht. ZIe ook zijn boek Toyota Production System en velen die zijn rol beschrijven, inclusief mensen van Toyota zelf.
Groeten,
Marc